Dit verhaal verscheen eerder in ons personeelsmagazine Wat is er Loos.

Zo groot als de vrachtwagens van Simon Loos zijn, zo klein is de auto waar Customer Service-medewerker Jannie Burgers-de Ruiter haar hart al jaren aan heeft verpand: de Mini. En dan natuurlijk niet die hippe nieuwe die je de laatste jaren steeds vaker ziet rijden, maar de echte klassieker. “Voor de echte liefhebber geldt: hoe ouder, hoe beter.”

Je kunt het inmiddels gerust een passie noemen, de liefde voor Mini’s die Jannie deelt met haar man William. “Een oom bracht hem in aanraking met de Mini’s en zo werd het ook zijn hobby.” Toen ze in 1995 trouwden had William één huwelijkse voorwaarde: ‘Je mag alles regelen, behalve de trouwstoet’. “Dat werden natuurlijk allemaal Mini’s, twaalf stuks op rij”, lacht Jannie, “maar ook één Mercedes. Mijn moeder had net die week ervoor een aanrijding gehad en moest in iets anders rijden.” De jurk uitzoeken was trouwens ook nog een dingetje. “Mijn vereiste was wel dat ik ermee in de Mini moest kunnen. Uiteindelijk werd het toch een jurk met hoepel. Heel spannend natuurlijk toen ik die ochtend instapte. Op de trouwfilm hoor je mijn oom op de achtergrond opgelucht zeggen: “Oéh. Het past!”     

Karten op straat

Wat die liefde voor de Mini Classic precies is? “Dat is moeilijk uit te leggen. Je vindt ‘m helemaal geweldig of je vindt het niks”, zegt Jannie. “Eigenlijk kun je het het beste vergelijken met karten op straat. De Mini heeft een hele fijne wegligging en geluid. En ik doe er alles mee: woon-werkverkeer, de boodschappen, mijn dochter naar het station brengen. Alleen toen de kinderen klein waren had ik een Suzuki Vitara omdat dat toch wat makkelijker was.” Tegenwoordig nemen ze de Mini zelfs mee naar de bouwmarkt of Ikea. Niets blijkt onmogelijk: nieuwe buit op het dak en gáán.  

Manlief maakte ruim 20 jaar geleden van zijn hobby zijn beroep. Alle Mini-fanaten kennen hem, vooral als de eigenaar van E&W Ministyling en de webshop classicminishop.nl. “Hij verkoopt zowel nieuwe als oude onderdelen en knapt de auto’s op.” De buren zijn gewend dat de familie Burger naast de drie exemplaren die ze zelf hebben, altijd wel een auto voor reparatie voor de deur hebben staan. 

Schakelen met de planning

Jannie bemoeit zich verder niet met het bedrijf van haar echtgenoot; zij parkeert haar Mini Cooper vijf dagen in de week op het terrein van Simon Loos in Tiel. Op de afdeling Customer Service voelt ze zich op haar plek. “Het is heel hectisch. Ik ben elke dag bezig met orders doorzetten naar het warehouse, transporten vrijgeven, het contact met de klant over die orders, het schakelen met de planning en ik doe de voorraadadministratie.” Ze houdt van de afwisseling. “In het begin zeiden ze dat elke dag ongeveer hetzelfde zou zijn. Maar dat is niet waar, er gebeurt hier zoveel! Je moet goed kunnen multitasken en weten welke processen nodig zijn om de klant tevreden te houden. Ik heb ook contact met heel veel afdelingen. Ze weten wie ik ben en iedereen weet mij te vinden.”  

Auto voor verpleegsters 

Terug naar de Mini, die een interessante geschiedenis heeft. “Hij is ooit ontworpen als kleine auto voor verpleegsters”, weet Jannie. Al snel ontdekten meer mensen de voordelen: zuinig, wendbaar, stabiel in de bochten en groot genoeg voor vier personen. “Voor heel veel Engelsen was het hun eerste auto. Toen de Cooper in de jaren 60 de Rally van Monte Carlo won, werd die populair onder het grote publiek.” Helaas wordt de klassieke versie sinds eind jaren 90 niet meer gemaakt. “Ik heb zelf een van de laatste exemplaren, uit 1992. Van de oude zie je er steeds minder op de weg, terwijl er van de nieuwe steeds meer bij komen. Maar die zijn van BMW die de productie overnam. En BMW is niet Engels. De echte liefhebber wil de originele, in de oorspronkelijke kleuren en velgen. Voor ons geldt: hoe ouder, hoe beter.”  

Zelf sleutelen 

Of Jannie zelf ook een beetje technisch is? “Nou… ik heb een keer een Suzuki Jeepje gehad met een kapotte achteras. Mijn man zette hem op de brug en zei: ‘Daar staat-ie, ga je gang’. Ik dacht, dat kan ik nooit, maar het is toch gelukt. Dus ik zou zelf aan mijn Mini kunnen sleutelen, maar ja, met de luxe van een monteur in huis hoeft dat niet. Ik ga wel altijd mee naar clubdagen of de Internationale Mini Meeting als ze ons vragen om daar met een standje te staan. Dat vinden mijn dochters ook leuk.” Voor andere activiteiten zoals het organiseren van een puzzelrit of rally mag je het gezin altijd wakker maken. Ondertussen is het virus ook overgeslagen op hun twee kinderen; oudste dochter Renee en haar vriend hebben zich op het opknappen van een Mini bestelwagen gestort. Haar schoonzoon is het levende bewijs dat het geliefde autootje echt niet alleen voor kleine mensen is. “Hij is 2 meter 5, maar dat past best!” 

Je droombaan net gemist?

Of wil je updates ontvangen met nieuwe en relevante vacatures? Stel een job alert in!